Het broedrijp worden van vogels

dinsdag 1 januari 2019 in de categorie Verzorging algemeen

Vogels in de natuur worden broedrijp wanneer de omstandigheden (tijd, licht, temperatuur en voeding) in hun biotoop zich gunstig ontwikkelen. Meestal na de (koude) natte periode brengen de geleidelijke toename van licht en temperatuur en de grotere variatie aan voedselbronnen de vogels in een broedconditie: een hormonaal proces dat doorgaans een zestal weken duurt. Deze natuurwet geldt evenzo voor de in avicultuur gehouden vogels.

Vogels leven in een steeds terugkerende cyclus van rust-, kweek- en ruiperiode. Tijdens kweek- en ruitijd worden veel inspanningen van de vogels gevraagd; de jongen worden grootgebracht en nieuwe veren worden gevormd. Dit is mogelijk door een zeer intensieve stofwisseling tijdens kweek en rui, waarbij ook de lichaamsreserves worden aangesproken. De vogel verlangt daarom een periode waarin hij/zij deze reserves weer kan aanvullen. Hiervoor staat een zekere tijd; de rustperiode.

Daarnaast dient de vogelkweker zich ook rekenschap te geven van de geslachtsrijpe leeftijd van de verschillende vogelsoorten. Is deze bij kanaries al bij ongeveer één jaar bereikt, bij grote parkieten en papegaai-achtigen kan deze afhankelijk van de soort, twee jaar of langer zijn. “Met te jonge vogels willen kweken, is vaak de aanleiding van een minder goed kweekresultaat”.

Het broedrijp worden, is mede een gevolg van een geleidelijke toename van de hoeveelheid licht. Hierdoor wordt het hormonale proces in gang gezet. Een gelijkmatige temperatuur-toename, zonder grote temperatuurschommelingen tussen dag en nacht is met name bij de vroege kweek van belang.

Een grotere verscheidenheid aan voedsel, zoals hoogwaardige eiwitten, vetten, koolhydraten, vitaminen- en sporenelementen, dragen bij aan het broedrijp worden van de kweekvogels. Pas als voldoende voedingsstoffen aan het ei worden doorgegeven, kan het ei zich ontwikkelen tot een levensvatbaar jong.

Het broedrijp worden van vogels